Toneelverslag B:
Ivanov - Theater Malpertuis
“Ivanov is moe. Nog geen veertig en nu al lijkt het alsof hij zich ‘vertild’ heeft. Zijn vrouw Anna is ongeneeslijk ziek, zijn aanbidster Sasja creëert voor zichzelf een heldenrol door hem uit z’n depressie te willen sleuren. Wie met hem een gesprek wil aanknopen, lijkt op dovemansoren te stuiten.”
OPVOERINGSTEKENS
Hoe maken de proxemiek en gestiek de onderlinge verhoudingen zichtbaar?
Ivanov werd opgevoerd op een zeer eenvoudige setting. Het decor bestond immers uit slechts één podiumelement dat eigenlijk niet meer dan een grote, brede trap was. Bovendien bevonden de acht acteurs zich gedurende de hele voorstelling allemaal op het toneel. Ideaal dus om de onderlinge verhoudingen op zowel een statische als een dynamische manier duidelijk te maken.
Ivanov – de hoofdrolspeler – bevond zich gedurende de hele opvoering rechts onderaan te trap – wat ongetwijfeld een teken van zijn gebrek aan levenslust was. Hij verplaatste zich niet één keer. Ivanovs vrouw (Anna) daarentegen – die je in zijn nabije omgeving zou verwachten – zat aan het begin van het spektakel helemaal bovenaan. Slecht één keer heeft zij naast haar man plaatsgenomen, maar ook toen was er weinig liefde te bespeuren.
Al kan niet gezegd worden dat er van liefde geen sprake was. Want raad eens wie je telkens weer in Ivanovs buurt kon terugvinden? Sasja! De vrouw die zichzelf Ivanovs minnares waande.
Het mag dus duidelijk wezen dat de positionering van de acteurs op ‘de grote trap’ een zekere hiërarchie inhield. Zij die het met elkaar konden vinden/zich iets van elkaar aantrokken of dat althans dachten, zochten letterlijk toenadering. Zij die het niet eens waren met elkaar eindigden steevast heel wat trappen uit elkaar.
Om het geheel aanschouwelijk te maken was er bijgevolg heel wat dynamiek. Conversaties gingen vaak gepaard met de verplaatsing van acteurs. Misja spande hierin zonder twijfel de kroon. Hij sprong zowat het hele podium rond.
Uiteraard levert enkel het verplaatsen van acteurs op ‘een grote trap’ geen toneel op. Om de som te doen kloppen moeten hierbij nog mimiek en lichaamstaal gerekend worden. De acteurs waren immers stuk voor stuk krak in het geloofwaardig neerzetten van hun personage. Hun gezichten en lichamen spraken boekdelen. Al keken ze elkaar bitter weinig aan. Net alsof ze bang waren elkaars lijden te (h)erkennen.
Boze spelers gesticuleerden heel duidelijk, verliefde spelers daarentegen maakten fijnere en lieflijkere gebaren, vastberaden spelers trokken hun broek uit… Kortom: het geheel klopte!
Op welke locaties speelt het stuk zich af? Hoe vinden de locatiewisselingen plaats?
Het stuk speelt zich voortdurend op verschillende locaties af, al is daar visueel helemaal niets van te merken. De gesprekken verspringen regelmatig. Als kijker moet je aan de hand van de gesprekspartners dan maar zelf invulling geven aan de locatie. Wat ervoor zorgt dat je bij de les blijft en je bovendien de kans geeft om het verhaal zelf mee(r) vorm te geven.
In hoeverre draagt de belichting bij tot het geheel?
Het stuk is in veel opzichten (lees: alle opzichten uitgezonderd de acteerprestaties) een eenvoudige compositie. Het decor is niet meer dan ‘een grote trap’/een blankhouten tribune en de belichting is constant.
Dat wil immers niet zeggen dat de belichting niet bijdraagt tot het geheel. Integendeel, de eenvoudige scenografie en het kille licht zorgen ervoor dat acteurs en publiek in interactie kunnen treden en dat is zonder twijfel een meerwaarde.
Wordt er gebruik gemaakt van multimediamiddelen (film, videoprojectie …)? Zijn die functioneel?
Er wordt geen gebruik gemaakt van multimediamiddelen. Ze kunnen dus ook onmogelijk ‘functioneel’ genoemd worden. :)
EVALUATIE
Wat vind je van de voorstelling in zijn geheel? Geef een genuanceerd en onderbouwd antwoord.
Hoewel de scenografie aanvankelijk kaal en oninteressant oogde, besefte ik naarmate het stuk vorderde dat dit eigenlijk géén zwakte, maar een sterkte was. Door de eenvoudige, maar ingenieuze opstelling waren acteurs en toeschouwers eigenlijk elkaars spiegelbeeld.
Een beetje een gek idee misschien, maar als je het gehele plaatje bekijkt (scenografie, tekst en acteerwerk) dan klopt het allemaal. Eigenlijk keken we meer dan een uur lang naar onze eigen problematieken/tekortkomingen: materialisme, cynisme, verbittering, jaloezie, depressie …
Over het algemeen houd ik niet zo van beladen, dramatische stukken, omdat deze vaak belerend zijn. Maar Arfeuille slaagde erin bij mij – en hopelijk bij een heleboel andere toeschouwers – een belletje te doen rinkelen. Zo van: “Olapola, kijk nu eens waar wij mee bezig zijn.” En dat zonder iemand specifiek met de vinger te wijzen. Wat ik enorm apprecieer. Mensen handelen – naar mijn gevoel – immers sneller vanuit eigen overtuigingen dan vanuit ‘lessen’ die hen opgelegd worden.
Als je mij dus vraagt wat de sterktes van dit stuk waren dan antwoord ik vol enthousiasme: de eenvoudige, maar heel toepasselijke scenografie, de spiegel die ons voorgehouden werd – mede dankzij de knappe acteerprestaties, waarover hieronder meer – en de manier waarop Arfeuille op een humoristische manier een maatschappelijk probleem blootlegt.
Als je mij tot slot vraagt wat de zwaktes van dit stuk waren dan antwoord ik je dat ik er geen flauw benul van heb en dat ik er hoe dan ook zeker van ben dat ze niet opwegen tegen de sterktes.
Ik raad dit stuk dan ook aan aan iedereen die de bereidheid toont met een kritische bril naar onze maatschappij te kijken, maar die er niet verlegen om zit eens goed te lachen en alles te relativeren. Dit is zonder twijfel het beste stuk dat ik dit academiejaar gezien heb!
Is het verhaal duidelijk opgebouwd?
‘Duidelijk’ lijkt mij in dit geval een eufemisme. Als kijker word je immers vanaf de eerste minuut binnen gegooid in een verbitterde, liefdeloze en bovenal uitzichtloze wereld. Hoe de onderlinge verhoudingen net zitten, moet je zelf zien uit te dokteren. De dialogen vliegen je immers meteen rond de oren en veel zaken zijn voor interpretatie vatbaar. Maar het abrupte begin en de constante woordenstroom zorgden er wel voor dat ik vrijwel meteen aan mijn stoel gekluisterd zat. En met de nodige aandacht werd het kluwen aan onderlinge verhoudingen steeds duidelijker. Een ‘duidelijkere’ opbouw had het stuk dus zeker geen eer aangedaan.
Hoe evalueer je de acteerprestaties?
Ik denk of misschien druk ik me beter anders uit: ik hoop dat hierover geen discussie bestaat. Naar mijn gevoel hebben alle acteurs hun rol op een fantastische, bewonderenswaardige manier neergezet.
Uiteraard was de ene rol de andere niet, maar Arfeuille zorgde ervoor dat elke acteur een rol kreeg die hem op het lijf geschreven was. Al is het eigenlijk andersom. Elke rol kreeg een acteur die hem op de tekst geschreven was.
Natuurlijk zat in de ene rol al wat meer uitdaging dan in de andere. Mocht mij gevraagd worden een top drie samen te stellen dan zou die er als volgt uitzien:
Ik zou Ini Massez (Anna – vrouw van Ivanov) op de derde plaats zetten. Hoewel haar (tekst)aandeel eerder klein dan groot genoemd kan worden, vond ik de manier waarop zij het hele stuk door voor kleine nuances zorgde bijzonder sterk. Haar houding en mimiek zeiden vaak meer dan de woorden die ze op het publiek afvuurde.
Vervolgens zou ik de tweede plaats toekennen aan Lukas Smolders, die met zijn rol als Nikolaj Ivanov een puike prestatie leverde. Wat mij vooral fascineerde aan deze acteur is de manier waarop hij nu eens een apathische dan weer een furieuze versie van Ivanov neerzette en dat zonder in te boeten aan geloofwaardigheid. Ik heb in mijn leven zelden iemand zo rood zien worden op zo’n korte tijd. Maar het lukte Smolders. Ik heb zeker één milliseconde lang gedacht dat zijn (gespeelde) frustratie ten koste van zijn gezondheid zou gaan.
De eerste plaats, tot slot, zou regelrecht naar Tania Van der Sanden (Zinaida) gaan. Ik heb de manier waarop zij haar cynische en bovenal vrekkige rol met humor bracht een heel stuk lang enorm bewonderd. De kleine nuances in mimiek en gestiek gecombineerd met haar monologen, die vaak een onuitputtelijke woordenstroom waren, deden het plaatje kloppen.
Leef je mee met de personages?
Het was uiteraard geen evidentie om me op nog geen twee uur tijd in te leven in de ‘miserie’ van andere mensen, maar de manier waarop het stuk neergezet werd, bezorgde me soms koude rillingen.
Ik denk dat elke mens zich wel eens afvraagt wat ‘het nut van het leven’ is en ik kan me voorstellen dat het bijzonder beangstigend is om te ontdekken dat je de moed niet meer vindt om opzoek te gaan naar het antwoord op deze vraag.
Ivanov was – in mijn ogen – de personificatie van ‘het zwarte gat’, ‘het niet meer kunnen voelen’ waar tegenwoordig steeds meer mensen tegenaan lopen. En ik moet toegeven dat de hulpeloosheid waarmee Smolders deze vertolking neerzette me op een gegeven moment naar de keel gegrepen heeft.
Gelukkig zat er heel wat humor in Arfeuilles bewerking. Mijn medeleven heeft me dus zeker en vast geen depressie bezorgd. :) Maar mijn empathisch vermogen is wel weer een klein beetje aangescherpt. Nog niet zo heel lang geleden vond ik – hoewel het misschien cru klinkt – depressie en burn-out iets voor ‘zwakkelingen’, maar ik ben er ondertussen meer dan ooit van overtuigd dat het iedereen kan overkomen en dat werd tijdens het bekijken van ‘Ivanov’ nogmaals bevestigd.
Spreekt de thematiek je aan?
Hoewel ik me over het algemeen liever niet wikkel in nodeloos depressief en negatief gedoe – om het nu even heel oneerbiedig voor te stellen – ben ik wel van mening dat het aangekaart en geopenbaard moet worden.
Daarmee wil ik uiteraard niet zeggen dat we met z’n allen in een ‘collectieve depressie’ moeten gaan. Integendeel, ik denk dat het gewoon hoog tijd is te erkennen dat het leven niet altijd rozengeur en maneschijn is in plaats van hier ten koste van ‘god weet wat allemaal’ – onze eigen gezondheid waarschijnlijk – toch naar te streven.
Ik ben ervan overtuigd dat mensen die ‘overwerkt’ en ‘uitgeput’ niet als statussymbool, maar als aanslag op hun eigen gezondheid zien en die bovendien niet streven naar hét ultieme geluk, naar dé job die hen het meeste rijkdom bezorgd, naar het meeste aanzien … als het er op aan komt het ‘rijkste’ leven leiden.
Hoewel dit uiteraard allemaal makkelijker gezegd dan gedaan is en misschien ietwat idealistisch klinkt, geloof ik dat kleine zaken zoals bijvoorbeeld op café gaan in plaats van facebooken – en het leven dus ervaren zoals het echt is – voor een ommekeer kunnen zorgen.
Laten we er dus met z’n allen aan werken! :)
Laura - 29 mei 2016