Rapportering literair evenement
Poëziecentrum
Aangekomen in de inkomhal van Antwerp Expo moest ik één stand kiezen, waarover ik hier zou rapporteren. Jawel, je leest het goed: één stand. Wetende dat de Boekenbeurs dit jaar maar liefst 83 (!) boekhandels/uitgeverijen verwelkomde. Wat een klus! Of misschien beter: wat een luxeprobleem, want nu had ik eindelijk een excuus om ruim mijn tijd te nemen. Mijn mama en zus konden immers niets inbrengen tegen het feit dat dit nu eenmaal ‘verplicht’ was voor school.
Ik koos na enige omzwerving voor het Poëziecentrum, een stand die – zoals zijn naam natuurlijk al doet vermoeden – enkel poëzie aanbood. Mijn voorkeur ging uiteindelijk uit naar deze boekhandel, omdat er poëzie op ieders maat aangereikt werd. Kinderen, jongeren, volwassenen, belezen lezers, recreatieve lezers, kenners en leken konden er allemaal ‘hun ding’ vinden – dat bleek immers al snel uit hun bijzonder divers assortiment. Ideaal toch? Want wat is er mooier dan een boekshop waar ieder zijn gading vindt? Ik erger me in feite al lange tijd dood aan het feit dat poëzie nog net iets te vaak gezien wordt als ‘een ontoegankelijk product voor erudiete lezers’ terwijl niets minder waar is natuurlijk. Het Poëziecentrum kon – naar mijn menig – dan ook geen gepastere leuze kiezen dan: ‘Poëzie toegankelijk maken voor iedereen!’ Zalig! Ik was meteen verkocht, en dat eigenlijk als sinds vorig jaar. Al herinnerde ik het me niet meer zo levendig.
Hoewel ik absoluut geen poëziekenner ben, sprongen heel wat namen mij in het oog. Het zou mij jammer genoeg te ver leiden ze hier allemaal op te sommen; het assortiment aan dichtbundels aanwezig in de stand van het Poëziecentrum was immers immens. Toch wil ik je een beetje een idee geven van de omvang van de stand en het aantal aanwezige bekende namen a.d.h.v. volgende omschrijving: Poëziecentrum vzw is hét kennis- en expertisecentrum in Vlaanderen en Nederland voor Nederlandstalige poëzie, buitenlandse poëzie in Nederlandse vertaling, Nederlandstalige poëzie vertaald in andere talen en Zuid-Afrikaanse poëzie. Je vond er dus zowel bekende als minder bekende namen, en dat letterlijk voor heel diverse doelgroepen.
De titels die mij in het oog sprongen zijn – daarentegen – iets beperkter, omdat ik thuis slechts vijf dichtbundels heb staan waarvan ik er dan nog één gekocht heb tijdens mijn afgelopen bezoek aan de Boekenbeurs. Dat wil zeggen dat enkel De dichter is een tovenaar & Met duizend blote ogen van Jan Van Coillie, het Nieuw Groot Verzenboek van Jozef Deleu (vorig jaar gekocht bij het Poëziecentrum) en Verzamel de Liefde van Bart Moeyaert mijn onmiddellijke aandacht trokken.
Het boek waar even later mijn interesse naar uitging omwille van de verschillende thema’s/onderwerpen die erin aangesneden worden, het groot aanbod aan schrijvers dat erin voorkomt en de vrolijke, opzichtige kaft die meteen de aandacht trekt, heet Je bent mijn liefste woord en is samengesteld door Anne Vegter. Het werd uiteindelijk mijn enige aankoop die avond…
Lang leve het Poëziecentrum!
Lezing: Kristien Hemmerechts – Schrijven, kun je dat leren?
Hoewel ik nog nooit een boek gelezen heb van Kristien Hemmerechts, was ik heel benieuwd naar wat deze gevestigde waarde te vertellen had over haar nieuwste titel Schrijven, kan je dat leren? Als iemand weet hoe je aan een boek begint en vooral: hoe je het tot een succes maakt, dan is zij het wel, toch?
Hoe dan ook: ik had in feite een heel theoretische uiteenzetting verwacht, maar dat was het gelukkig niet. Hoewel Kristien haar boek initieel begon als een handleiding werd het uiteindelijk een soort verzameling van bedenkingen uit de verslagjes die ze overhield aan haar zelfgegeven lessen creatief schrijven.
Kristiens leuze bleek – tegen alle verwachtingen in – KEEP IT SIMPLE te zijn. Volgens haar moeten mensen die willen schrijven niet te veel lastiggevallen worden met technieken. Integendeel, haar ervaring leerde haar dat problemen zich later vaak vanzelf oplossen.
“Laten we de IK uitroeien!” – Kristien Hemmerechts
Om een verhaal SIMPLE te houden, hanteert Kristien echter wel een aantal (eenvoudige) principes. In eerste instantie draagt zij ‘geloofwaardigheid’ hoog in het vaandel. Daarom heeft het begrip ‘fantasie’ voor haar voornamelijk een negatieve connotatie. Bovendien pleit zij voor het uitroeien van de ‘ik’. Zij is van het idee dat te veel ‘ik’ het verhaal belemmert. “Show, don’t tell!” en “Focus de camera op wat je écht wil zien.” zijn dan ook letterlijk haar woorden. Zij is bijgevolg geen fan van te veel ‘uitleggen’. Ze vindt dat je je lezer als een volwassene moet behandelen, want die maakt toch sowieso kanttekeningen? Voorst is dé magie van het schrijven volgens haar: de afstand zo klein mogelijk houden. Aan dit principe hangt ze volgende vergelijking op: “Zorg ervoor dat het personage in je boek realistischer is dan de persoon die naast jou op de trein zit …” Treffend, wat mij betreft. Tot slot promoot ze het kijken én durven kijken, want daarin zit – naar haar mening – de kracht van een schrijver, die zowel toeschouwer als deelnemer moet zijn.
Kristien heeft mij zeker en vast een aantal boeiende inzichten bijgebracht en dat zowel vanuit haar eigen ervaring als schrijfster als vanuit haar ervaring als docente creatief lesgeven. Ze illustreerde haar lezing met talrijke voorbeelden en dat maakte dat de tijd vloog en haar uitleg behapbaar was. Niets dan lof dus over wat zij te vertellen had. Toch vond ik haar met momenten behoorlijk arrogant overkomen. Met uitspraken als “Je moet je lezers met beelden activeren – als ze hersenen hebben tenminste …” scoorde ze bij mij niet hoog. Al zit het risico er natuurlijk in dat ik mij een beeld vorm van haar aan de hand van enkele misplaatste opmerkingen. Ik mag haar dus graag als expert, maar of ik haar persoonlijk graag mag, dat laat ik nog even in het midden en dat wijst de tijd ongetwijfeld uit.
Laura - 27 december 2016